Schakel de PilotAware in en navigeer naar de Wi-Fi-pagina op een mobiel apparaat. 30 seconden nadat PilotAware is ingeschakeld, zendt het een WiFi-signaal uit. Maak met een mobiel apparaat verbinding met de WiFi van PilotAware.
โ
โ
โ
Standaard is de apparaatverbinding op de PilotAware-pagina "Configuratie" ingesteld op "Alle". Om Rosetta met GARMIN Pilot te laten communiceren, moet ofwel 'Alle' of GDL90' worden geselecteerd. Zorg ervoor dat deze instelling wordt opgeslagen.
GARMIN Pilot zou de PilotAware automatisch moeten detecteren en beginnen met het verwerken van verkeersgegevens via de app.
Door op 'Meer' > 'Apparaten' te klikken, wordt duidelijk dat de gebruikte GPS de GDL90 is.
Als u teruggaat naar de 'Kaart', moet het lokale verkeer nu op de kaart worden weergegeven.
Als het verkeer niet wordt weergegeven, maar wel wordt gedetecteerd door PilotAware, opent u het menu 'Lagen' > 'Overlays' en schakelt u 'Verkeer' in
โ
โ
Om het bereik Verkeer te bereiken, klik je op 'Meer' en selecteer je 'Verkeer'.
Zoals bij alle apps die op Apple-apparaten worden uitgevoerd, moet u 'Local Network' Connectivity inschakelen voor alle apps die met PilotAware communiceren. Als je dit niet doet, kunnen de apps geen PilotAware-gegevens lezen.
https://support.apple.com/en-gb/102229
โ